Auvergne, land van vulkanen en kloven

 

De laatste uitbarsting vond circa 6050 jaar geleden plaats, de schepping van een vulkanisch landschap van kraters, maren en bizarre lavarotsen. Een fietstocht van de legendarische Puy de Dôme naar de basaltrotsen van de Allier.

 

GPS-TRACKS:

www.routeyou.com/route/view/553262/fietsroute-auvergne-clermont-ferrand-laschamps.nl

www.routeyou.com/route/view/553267/fietsroute-auvergne-laschamps-st-nectaire.nl

www.routeyou.com/route/view/553269/fietsroute-auvergne-st-nectaire-st-germain-lembron.nl

www.routeyou.com/route/view/553271/fietsroute-auvergne-st-germain-lembron-salzuit.nl

www.routeyou.com/route/view/553272/fietsroute-auvergne-salzuit-monistrol-d-allier.nl

Vulkanisme

 

De Puy de Dôme, de bekendste en hoogste vulkaan van Frankrijk, deel uitmakend van een 60 km lange keten van 110 vulkanen. De berg waar Jacques Anquetil, Raymond Poulidor, Joop Zoetemelk, Fausto Coppi, Luis Ocana, Felice Gimondi en Lucien van Impe in de Ronde van Frankrijk zegevierend boven kwamen … tot de beklimming te smal bevonden werd voor de tourkaravaan. Intussen is door aanleg van een treinspoor het smalle wegje naar boven nog eens gehalveerd en naar boven fietsen totaal verboden. En dit tot de vraag voor een fietswagonnetje aan het treinstel, om weer beneden te geraken, gehoor vindt bij de autoriteiten.

Wij overnachten in de gîte 'Archipel Volcans' aan de voet van de berg. Een prachtige locatie als uitvalbasis tot beklimming te voet of per mountainbike van de kraters en lavabergen. Ter plaatse kan je MTB’s, met of zonder elektrische ondersteuning, huren. De eigenaar is een gepassioneerd vulkaanliefhebber en hij vertelt met een groot hart over het ontstaan van de vulkanen en de immense lavastromen die het landschap vorm gaven. De zonsondergang boven de keten van de nog niet zo lang ingeslapen vulkanen is een vurig spektakel voor oog en zinnen. Tijd voor een regionaal gerecht met kippenroulade en groene linzen.





 

Natuurpark van vulkanen

 

Met de fiets een vulkaan bezichtigen zit er niet in, dat mag enkel te voet vertelt men ons. Zelfs mountainbikers mogen de kraters niet in, dit om het kwetsbare landschap van as en lavastenen te beschermen. We steken de Montagne de la Serre over, een heuvelrug opgebouwd uit een eeuwenoude versteende lavastroom. Overal liggen dikke basaltblokken en weiden zijn ommuurd door lavastenen. De klim mag er zijn en bij het boven komen beseffen we dat fietsen in de Auvergne niet weggelegd is voor doetjes. Voor ons ligt een sterk glooiend landschap van geschoren kliffen en diepe dalen. Een goede portie pootkracht of bij gebrek hieraan een hulpmotor komen zeker van pas. Beneden liggen twee meren die ooit één waren tot de lava erdoorheen vloeide, stolde en een bergrug vormde. Kampeerders vinden hier zeker hun gading, om de haverklap komen we campings tegen. Langs het meer ligt er eentje samen met vele vakantiehuisjes. Op het terrein staat een indiaanse tipi langs een grote kampvuurplaats en een mensgroot beeld van een Canadese trapper. Ik waan mij even Davy Crockett, op zijn ijzeren paard de kale bergen tegemoet rijdend. Sonja maakt lachend de opmerking: “Daarginds in de verte, dat zou een ander paar mouwen zijn, moesten we daar omhoog moeten rijden”.

 

Het bergmassief van Sancy


 

Even later fietsen we op een vrij brede en verrassend autoluwe weg. ‘Geopend’ staat onder een naambord met wegnummer geschreven en ik voel al stront aan de knikker want de bergen zijn niet zo ginds ver meer … en deze weg gaat omhoog duidelijk die richting uit. Langs de kant staan kilometerstenen met het wegnummer erop en het aantal afgelegde kilometers. We houden halt bij een herberg met opvallende rode luiken, het ‘Café du Lac’. Een herberg in de ware zin van het woord, waar je een plaatselijke dagschotel kan eten en indien gewenst overnachten (www.gitedulacservieres.com). Een heuveltje omhoog en we beseffen dat het toch mogelijk is met de fiets bij een kratermond te geraken. We staan op de oever van het idyllische meer van Servières. Het ligt er slaperig bij en het lijkt wel of het water aan de overzijde over de rand heen loopt. De uitverkoren plek om te degusteren vinden we en laten ons pardoes in het gras neerzakken. Niet te lang want de berg wacht op ons. Op de Col du Guéry (1268 m) hebben we zicht op twee gigantische als hoektanden uit de aarde oprijzende vulkaanrotsen. De rechtse is een massieve basaltrots terwijl de linkse opgebouwd is uit honderden veelhoekige basaltzuilen, ertussendoor een blik in het oneindige. King Kong moet zich op zijn schedelrots ook zo gevoeld hebben, de koning te rijk, heersend en ongenaakbaar. We denken het gehad te hebben, we beginnen te dalen tot we plots opnieuw haaks omhoog draaien en er om de haverklap borden oprijzen met het klimpercentage en de afstand tot de Col de la Croix Morand (1401 m). Roche, Virenque en Chavanel hebben daarboven zegevierend de armen de lucht in gestoken. Ook bij ons kan boven gekomen een vreugdedansje eraf, want eindelijk gaat het bergaf en dit voor lange tijd. Het oktoberzonnetje zakt al achter de bergen en weerkaatst in het water van het meer van Chambon als we beneden arriveren. De klim naar naar het feodaal kasteel van Murol is zo steil dat het zweet van mijn voorhoofd stroomt. De ontgoocheling is dan ook groot wanneer blijkt dat we voor een gesloten toegangspoort staan. We logeren in het Castel Margueritte in St-Nectaire, een logies bij Belgen in Frankrijk. Ze lieten hebben en goed achter zich om hier in een statig herenhuis een B&B te beginnen. Het stadje kende als waterkuuroord een bloeitijd tot begin deze eeuw en bezit nog vele statische villa’s uit die tijd. Attracties als grotten, dolmen, thermen en warmwaterbronnen zijn de toeristische troeven van vandaag. Maar het meest bekend is de Saint-Nectaire kaas, te koop aangeboden op vele boerderijen en op iedere menukaart vermeld.

 

 

 

Het land van de kroonprins

 

Een trektocht door de Dauphiné d’Auvergne, het land van de kroonprins van Auvergne. Een reis door de late middeleeuwen met oeroude plaatsjes behorend tot het patrimonium der historische kunststeden, verstoken in diepe rotsvalleien of in de schaduw van vulkaankegels. Het gaat bergop, driekwart omheen een enorme basaltrots. Erbovenop het kerkje van Brionette met erlangs een oriëntatietafel waar je een heerlijk zicht hebt op de Puy de Dôme, de vulkaanketen, de bergmassieven en de omliggende ravijnen. Een goddelijke bestemming daarboven, maar een calvarietocht om er te geraken. De hoofdstad van de kroonprinsen was destijds Vodable. Vandaag rest enkel nog het dorp dat zich omheen de massieve vulkaanrots wringt. Van de burcht bovenop is niets meer te bespeuren, maar de verdedigingsmuren en de toegangspoort leiden naar het dorpsplein, omringd door huisjes met pastelkleurige luiken. De ideale plek om te ontstressen, gezeten op mankelieke stoeltjes aan dat ene wankele houten tafeltje op het terrasje van de plaatselijke herberg. Voor ons een lokaal gebrouwen blond biertje van de gebruikelijke ingrediënten waaraan toegevoegd het typische streekproduct … linzen. Via de Rue des Dauphins d’Auvergne, de toegangsweg die de kroonprinsen volgens een straatnaambordje gebruikten tussen 1169 en 1426, trekken we richting dal. Van al dat moois krijgen we dorst en honger. We stoppen voor een wijnproefsessie in de vallei van Bourdes dat een microklimaat geniet en brengen een bezoek aan de artisanale koekjesfabriek van St-Germain-Lembron, een koekjesbakkerij met bijzonder leuk winkeltje dat weg heeft van een spiegelpaleis.

 

 

 

 

  

Kerken en ruïnes

 

Een verroeste mijnschacht, twee mijnmusea en enkele pizzeria’s zijn wat rest van de nostalgie van de oude mijnsteden. De mijnimmigratie weerspiegelt zich vooral in het centrum van Sainte Florine. Een merkbaar verschil met de overwegend slapende Franse dorpskernen die we tot nog toe tegenkwamen. Meer leven brengt ook meer verkeer mee, maar eens buiten de mijnsteden leidt een eenzaam en verlaten wegje ons opnieuw in alle rust voorbij aan burchtruïnes en versterkte dorpjes. Brioude is al van oudsher een pelgrimstadje. Ankerpunt is de centraal gelegen Romaanse basiliek Saint Julien, een boeiende kerk met kleurrijke zuilen, een mozaïekvloer van witte en zwarte ronde keien, moderne vlammende ramen, eeuwenoude fresco’s en plafondbeschilderingen. Een godsgebouw waar je meer tijd nodig hebt dan een misviering om je ogen de kost te geven. Wat erg, we zijn het niet gewoon meer om een stadje met meerdere pleintjes met cafés en brasseries aan te treffen. De keuze is verschroeiend maar na enkele malen op en neer lobbyen, kiezen we voor het terrasje van een pizzeria bij de kerk. We nemen de weg naar de camping die ons terug bij de Allier brengt. Eigenlijk moeten we net voor de camping een stukje grindweg volgen dat verbinding gaf naar een ander wegje. Maar dat gaat zo steil omhoog dat we het paadje dat langs de camping naar een picknickplaats bij een stuw in de rivier loopt, verkiezen. We volgen een onverhard pad op de oever. Maar op het einde gaat het ook hier omhoog, naar het wijnterrassendorpje Veille Brioude dat letterlijk aan de ingang van de kloof van de Allier ligt. Ook hier stoppen we bij de, weliswaar beduidend kleinere, Romaanse kerk. Er omheen is een gratis te bezoeken wijnmuseumpje aangelegd en binnenin in het zijbeukje staat een aanzienlijke kerkschat tentoon gesteld. We steken de brug over om langs de andere oever onze tocht verder te zetten. De Allier is een sterk meanderende rivier die een spoor getrokken heeft door het oude vulkaanlandschap van lavastromen, een canyonachtig diep in het landschap ingesneden rivierlandschap met mooie rotspartijen en piepkleine dorpjes, met basaltstenen huisjes met fleurige pastelkleurige vensterluikjes. Al van ver zien we de ruïne van het feodale kasteel van Saint-Ilpize. Niet moeilijk, ze ligt immers recht vooruit middenin een enorme meander op een uitstekende basaltrots. Het weggetje draait aan de voet plots steil omhoog en we laten heel wat zweet tot we bij een fontein aankomen tussen ruïne en kapel. Nergens valt een ingang te bespeuren. Sonja blijft bij de fietsen en ik ga te voet via een smal paadje rechts omheen de burcht op verkenning. Aan de rivierkant kom ik bij een openstaande poort die mij toegang verschaft tot de burcht. Boven heb ik een wervelend zicht op de diep gelegen Allier en de tweehonderd jaar oude kabelbrug. Wanneer ik terug beneden kom zit Sonja tegen de fontein, op haar schoot een uit de kluiten gewassen tijgerkat. Ze heeft wel iets met katten, als we ergens halt houden komt er wel eentje haar richting uit. Maar deze is wel zeer aanhankelijk, ze stoort zich helemaal niet aan mijn gezelschap en denkt er niet aan haar plaats af te staan. Terug op route klimmen we verder de vallei uit, kilometers lang tot helemaal boven op de waterscheiding. Onze slaapplaats, een familiaal charmehotel, ligt aan de andere kant in Salzuit, helemaal beneden in het parallel lopende dal. Als een pijl suizen we naar beneden. Morgen terug naar boven zal andere koek zijn. De eigenaars, een jong koppel dat aan het conservatorium van Génève gemusiceerd heeft, hebben de ruïne totaal heropgebouwd en ingericht om de gasten totale rust te verschaffen rekening houdend met aardstralen en andere invloeden. Wij zullen alvast zeer goed slapen vannacht.

 

 
 

De ‘Gorges’ van de Allier

 

We treffen het, in België regent het al de ganse week terwijl wij geen druppel water zien of het is ons eigen zweet. 30°C voorspellen ze vandaag en dat begin oktober, je zou voor minder zweet laten. Vandaag fietsen we door het mooiste gedeelte van de Allier, de Gorges of rotskloof. We volgen de slingerende rivier, doorkruisen tegen de rotsen geplakte dorpjes, over oude bruggen, voorbij aan historische abdijen en ruïnes. Een speciale vermelding geven we aan het dorpje Chilhac dat boven op een rots gebouwd is die ondersteund wordt door ontelbare basaltzuilen. In de afdaling terug naar de rivier waar Sonja een stukje vooruit rijdt, oogt zij piepklein ten aanzien van de imposante rotspartijen. Even verlaten we de Allier, een heuvel over om een bocht af te snijden. In het kielzog van de benedictijnenabdij van Chanteuges liggen de bassins van het conservatorium van de wilde zalm. Een kweekproject voor de heropleving van de wilde Atlantische zalm in centraal Europa die van hieruit 1000 km aflegt richting Oceaan. Om de hoek ligt het piepklein natuurstenen dorpje St-Arcons-d’Allier. In de enge steegjes balanceren we op twee asfaltstroken gescheiden door een afvoerslootje van gladde ronde keien. Het traject langs de rivier is zondermeer lovenswaardig. De meest imposante rotsblokken überhaupt op onze route zijn de zwaluwrotsen bij de brug van Prades. We aanschouwen het geheel vanaf een rustbank op de tegenoverliggende oever. Zwaluwen vliegen aan en weer naar hun nesten, vandaar de naam waarschijnlijk. Boven de rots voeren torenvalken schijngevechten en hoog daarboven circuleren rode wouwen met kleurrijk opengesperde vleugels profiterend van de opwaartse winden. Wanneer ze nog enkele puntjes groot zijn aan de hemel vinden ook wij dat het tijd is om te vertrekken. Omhoog, omheen de rots alsmaar hoger tot boven in de vallei, met pijnlijke kuiten maar ook pijn in het hart het einde van de rit tegemoet ... terugkijkend op een spectaculair landschap van vulkanen en kloven.

 

 

 

 

 

Praktisch

AFSTAND: 236 km

ETAPPE-INDELING:

Laschamps – St-Nectaire = 65 km

St-Nectaire – St-Germain-Lembron = 46 km

St-Germain-Lembron – Salzuit = 64 km

Salzuit – Monistrol d’Allier = 61 km

(Treinstation Clermont-Ferrand – Laschamps = 16 km)

VERVOER:

Met de auto ligt Clermont-Ferrand ca. 740 km van Brussel

Fietsmeename op de trein: met de IC of IR naar Luxemburg, dan met de TGV naar Parijs en Intercities naar Clermont-Ferrand.

www.b-europe.com

Terug : vanuit Monistrol d’Allier rijdt rond de middag een trein naar Clermont-Ferrand, in de zomer rijdt er ook een toeristisch treintje door de kloof.

INFO en LOGIES: http://www.auvergne-toerisme.nl

Wij logeerden in:

Archipel Volcans: Route de Clermont,  63122 Laschamps www.archipel-volcans.com

Manoir Castel Marguerite: Avenue Alphonse Cellier, 63710 St-Nectaire www.castelmarguerite.fr

La Maison de Marie Camille: Rue de la Porte Vieille 4, 63340 St-Germain-Lembron www.la-maison-de-mariecamille.com

Domaine Saint-Roch: Le Château, 43230 Salzuit www.hotel-auvergne-saintroch.com

FIETSVERHUUR: Archipel Volcans, 63122 Laschamps www.archipel-volcans.com